Inleiding

LANDHUIS, 'Nieuw Rhodenrijs' in 1933 gebouwd in opdracht van de Rotterdamse reder Van Hoboken, naar een traditionalistisch ontwerp van architect P.C. Pouderoyen. Rondom het huis loopt een ommuurde border aan de voorzijde overgaand in het eveneens ommuurde terras.

N.B. In de jaren tachtig, toen op de begane grond een restaurant was gevestigd, is aan de zuidzijde op het oorspronkelijke terras over de volle breedte van het pand, een glazen serre gebouwd, die voor de bescherming van ondergeschikt belang is.

Omschrijving

Deels onderkelderd landhuis van een bouwlaag, een kapverdieping en een vliering onder hoge met riet bedekte schild-, wolf-, en zadel-, en lessenaarsdaken. Boven de deuren kragen de daken uit met rieten luifels. De daken zijn voorzien van rode nokpannen. Aan de uiteinden van de daken bevinden zich hoog opgemetselde schoorstenen. De geheel in donkerrode handvormbaksteen opgetrokken villa heeft een in hoofdzaak L-vormige plattegrond samengesteld uit het parallel aan de straat gesitueerde, hoofdvolume van het landhuis met haaks hierop de smallere vleugel met de dienst- en gastenvertrekken. Binnen deze hoofdopzet bevinden zich een aantal, ten opzichte van elkaar, verspringende bouwvolumen. De verschillend samengestelde vensters zijn voorzien van stalen profielen met roedenverdeling en draaiende delen gevat in houten kozijnen. De deuren zijn van hout en bereikbaar via Noors-granieten traptreden. De voorgevel, aan de straatzijde, heeft in het langgerekte terugspringende bouwvolume links, op de begane grond drie identieke rechthoekige twee-ledige vensters met zesruitsverdeling en voorzien van houten, in zandloper vorm rood/wit geschilderde, luiken. Geheel rechts bevindt zich in dit bouwvolume een hoog tot aan de dakrand doorlopend zesledig videvenster met glas-in-lood. In het midden van de kapverdieping is in het dak plaats gemaakt voor een strook van drie tweeledige vensters met roedenverdeling. In het vooruitstekende bouwvolume rechts twee identieke tweeledige vensters met roedenverdeling en rechts een groter venster met vijftienledige roedenverdeling. Hier onder de iets uitkragende kap een kleine erker. De zuidgevel heeft aan de westzijde een uitspringend bouwvolume met voor het terugliggende deel een laag ommuurd terras waarop zich de buiten de bescherming vallende serre-aanbouw bevindt. In het uitspringende bouwvolume aan deze zijde loopt op de begane grond het strookvenster van de voorgevel door in een identiek strookvenster. Het terras is vanaf de oostgevel bereikbaar via twee dubbele serredeuren. Links hiervan twee vensters met luiken. Op de verdieping links een groot dubbel venster, geflankeerd door kleine kruisvensters en rechts daarnaast een groot dubbel venster met twaalruits roedenverdeling. De oostgevel heeft zowel op de begane grond als de verdieping twee lange driedelige vensters met luiken. Ingeklemd aan de achterzijde, tussen de dwarsvleugel van het gastenverblijf en de achtergevel, is in een één bouwlaag tellende uitbouw de keuken gesitueerd. In de hoger opgetrokken gevel boven de uitbouw bevinden zich drie smalle verticale trappenhuisvensters en hier weer boven in het dak een driehoekig dakkapelletje met V-vormige roedenverdeling. De hoofdingang, een geprofileerde houten deur met een smal verticaal venster en een tweeledig bovenlicht bevindt zich in het midden van het uitspringende bouwvolume in de noordgevel. Rechts in dit bouwvolume een breed rechthoekig venster met luiken, links twee smalle vestibulevensters met een horizontale geleding. Op de verdieping rechts een driedelig strookvenster. Boven de deur een rechthoekig zesruitsvenster en links een kleiner vierkant venster. In het wolfseind van het rieten dak van de luifel een driehoekig dakkapelletje met een V-vormige vestergeleding. Iets teruggerooid ten opzichte van de entreepartij bevindt zich de achtergevel met de dienst- en gastenverblijven met op de begane grond van links naar rechts achtereenvolgens een klein tweeledig venster, een groter rechthoekig venster, een strookvenster, een breed tweeledig venster, onder een met riet bedekte luifel een dienstingang met smal venster in de deur en tweeledig bovenlicht en op het einde van de gevel een strookvenster. De korte oostgevel heeft links een tweede dienstingang en rechts ernaast twee kleine kruisvensters. De verdieping heeft hier een trapeziumvormige dakkapel met drie vensters. De dwarsvleugel heeft aan de zuidzijde zes identieke vierkante kruisvensters. In het dak bevinden zich vier trapeziumvormige dakkapellen met elk twee kruisvensters. Het landhuis heeft een deels goed bewaard gebleven interieur met veelvuldige toepassing van duurzame materialen als mozaïek- en parketvloeren, notenhouten lambrizeringen, marmeren schoorsteenmantels met gietijzeren Art Deco haarden en glas-in-loodramen. In het bijzonder van belang zijn de vloermozaiek van het portaal en de vestibule, het trappenhuis met licht mahoniehouten lambrizering. Voorts de lounge met gietijzeren Art Deco haard, zware smeedijzeren kroonluchter en de parketvloer en tenslotte de pantry met wortelnotenhouten lambrizering. Op de eerste verdieping is naast de Oregon Pine houtenvloer met name het vaste Art Deco slaapkamerameublement van de voormalige Masterbedroom van belang.

Waardering

Uit 1933 daterend landhuis Nieuw Rhodenrijs, hoofdonderdeel van gelijknamige complex gebouwd in traditionalistische trant met deels bewaard gebleven Art Deco interieur, in opdracht van de Rotterdamse redersfamilie Van Hoboken als zodanig van algemeen belang vanwege architectuur- en cultuurhistorische waarde, alsook van belang vanwege beeldbepalende waarde aan de Delftweg. Tevens van belang binnen het oeuvre van architect P.C.Pouderoyen.