Pand dat weliswaar nogal vernieuwd is, doch de algemene vorm behouden heeft. Ingang van het midden, zesruitsvensters, schilddak met hoekschoorstenen.

Landelijk pand onder dwarsdak met hoekschoorstenen. Vensters met zes ruiten. Goede deur met bovenlicht, waarboven gevelsteentje met molen. Het pand zou een z.g. Sarrieshut of molenaarshuis zijn geweest.

Twee woningen onder dwars zadeldak, afgewolfd boven de zijgevels, twee hoekschoorstenen en kroonlijsten boven de zijgevels.

Twee haaks op elkaar staande eenvoudige woningen onder schilddak met hoekschoorstenen. Zij vormen een hoek van de bebouwing rond het kerkplein.

Boerderij onder fors rieten schilddak; onderschoer. De vensters van het gepleisterde woongedeelte hebben roedenverdeling en zijn met luiken behangen.

Boerderij onder rieten schilddak; in jaarankers gedateerd 1868; onderschoer XIX. De vensters van het woongedeelte hebben roedenverdeling en zijn met luiken behangen.

Boerderij. Langhuis met riet gedekt. Onderschoer. Terzijde met riet gedekte schaapskooi, een met riet gedekte schuur, een veldoven en een put.

Houten schaapskooischuur. Inrit met kopgevel, met riet gedekt schilddak. In de zijgevel gedeeltelijk gedekt met pannen.