Complexgegevens

Complexnummer
509829

Omschrijving

Inleiding

Drie GRAFMONUMENTEN, waarvan twee met GRAFZERKEN op de algemene begraafplaats het Nieuwe Kerkhof.

In graf A ligt mr. J ter Pelkwijk begraven, in graf B M. Rhijnvis Feith en in graf C Gerhard Heinrich van Senden. Ter Pelkwijk overleed in 1834, Rhijnvis Feith in 1824 en Van Senden in 1851. De grafmonumenten van Ter Pelkwijk en Rhijnvis Feith zijn gebouwd achter de grafzerken.

Jan ter Pelkwijk was hoofd van de Armenschool, lid van Provinciale Staten en schrijver van rekenboekjes die op alle Nederlandse scholen werden gebruikt. M. Rhijnvis Feith was een te Zwolle geboren bekende Nederlandse schrijver. Gerhard Heinrich van Senden was een predikant van de Nederlands Hervormde gemeente te Zwolle.

De drie grafmonumenten zijn ontworpen in een Eclectische bouwstijl met elementen uit het Neo-Classicisme en de Neo-Renaissance. Het graf van Ter Pelkwijk is vervaardigd door één van de oudste ijzergieterijen van Nederland, de firma Nering Bögel uit Deventer. Het model is een kopie van het grafmonument van koningin Louise, dat de stijl van de Berlijnse beeldhouwer Christiaan Daniel Rauch weerspiegelt.

De drie grafmonumenten zijn voorzien van verschillende grafsymbolen. Op het grafmonument van Ter Pelkwijk (A) is gebruik gemaakt van de palmtak, in het algemeen verwijzend naar vrede en overwinning (op de dood) en taxus als symbool van onvergankelijkheid.

Het grafmonument van Rhijnvis Feith (B) is bijzonder rijk aan grafsymboliek. Onder ander in reliëfs zijn afgebeeld: de ring, symbool van eeuwigheid; de slang die zichzelf in de staart bijt, eveneens de oneindige kringloop uitbeeldend; miskelk, kenmerk van de christelijke religie en eucharistie; de zuil, het einde van het aardse leven; de olielamp, doodslamp; de omgekeerde fakkel, die betrekking heeft op (hernieuwd) leven; de urn met rouwsluier, een motief uit de oudheid toen cremeren gebruikelijk was. Het bovendeel van zowel grafmonument B als C bestaat uit een obelisk, een motief dat in de Renaissance weer actueel werd en naast macht de betekenissen standvastigheid en deugd meekreeg.

In het grafmonument van predikant Van Senden (C) komt een aantal van de eerder genoemde symbolen weer terug. Zo zijn een palmtak en lauriertak afgebeeld en is de slang die zichzelf in de staart bijt als lijst gebruikt. Nieuw is het anker dat staat voor de hoop. Bovendien zijn er symbolen gebruikt die specifiek betrekking hebben op het beroep van degene die hier begraven is; de opengeslagen bijbel, als boek des levens, is een geliefd symbool op predikantengraven en ook de geschriftrollen verwijzen hiernaar. De drie graven met monumenten liggen in het zuidelijke gedeelte van de begraafplaats, dicht bij de ingang en vrijwel in elkaars verlengde. De begraafplaats zelf is niet beschermenswaardig.

Waardering

De drie grafmonumenten zijn van algemeen cultuur- en architectuurhistorisch belang en hebben een hoge ensemblewaarde:

- vanwege het belang van de begraven mannen voor de Zwolse en Nederlandse geschiedenis

- vanwege de Eclectische bouwstijl met elementen uit het Neo-Classicisme en de Neo-Renaissance

- als representatieve voorbeelden van de grafmonumenten rond 1850

- vanwege de staalkaart aan grafsymbolen, die illustratief zijn voor die tijd

- vanwege de gaafheid van de monumenten

- vanwege de aanwezigheid van drie graven met een dergelijke hoge kwaliteit in vormgeving op één begraafplaats