Complexgegevens

Complexnummer
511793

Omschrijving

Complexomschrijving

In structuur en deels in detail gaaf bewaarde buitenplaats met HOOFDGEBOUW (1), HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG (2), TOEGANGSHEK (3), HEK (4), KOEPEL (5), TUINMANSHUIS MET SCHUUR (6), MOESTUINMUUR (7), KASSEN (8), SOKKELS MET VAZEN (9 en 10). Tussen de bebouwde kommen van Nieuwersluis en Loenen aan de westzijde van de Vecht ligt de historische buitenplaats VreedenHoff. In 1749 liet de eigenaar Pieter Trip (1724-1786) het oorspronkelijke zeventiende-eeuwse huis afbreken en een nieuw huis bouwen, dat wordt toegeschreven aan de Amsterdamse bouwmeester Jean Coulon. Ter plaatse van het oude huis verrezen een koetshuis en oranjerie. De geometrische aanleg, zoals de Nieuwe Kaart van Loenen uit ca.1726 weergeeft, werd door Trip vermoedelijk gereorganiseerd of geheel opnieuw aangelegd gezien de verkoop van vele bomen en hagen. Uit de boekhouding van Trip, die bewaard is in het Huisarchief Twickel, blijken vele werkzaamheden op de buitenplaats plaats te vinden, waaronder de vervaardiging van het toegangshek, het kleine hek en het balkonhek, zoals thans nog aanwezig, allen door de Amsterdamse meestersmid Gijsbert van Dijk. Bij de verkoop in 1787 kwam de buitenplaats, bestaande uit 'Heeren-Huizinge, stallingen, koetshuis, orangehuis, tuinmanswooninge, coepels, colonade', in bezit van Hendrik Nicolaas Tonis (1750-1821). Deze wijzigde in ca.1800 de aanleg in vroege landschapsstijl met een vijver en eiland, die in 1806 in een Feestgedicht worden genoemd en staat ingetekend op de Kadastrale Minuut van ca.1832. In het achterste terreindeel, op de grens van het parkbos en de weilanden, zijn de fundamenten van de colonnade teruggevonden waarvandaan oorspronkelijk een doorzicht over de weilanden liep. De aanleg in vroege-landschapsstijl, die vergelijkbaar is met de voorbeelden uit het boek van Gijsbert van de Laar, is thans nog gaaf aanwezig. Onder het beheer van Göbel van Aalst (1848-1927) wordt het huis tussen 1906-1909 gerestaureerd en gemoderniseerd, toegevoegd zijn toen de serre en het bordes. In 1919 is de overtuin (weiland) met jaagpad aan de buitenplaats Middenhoek verkocht. De tuinaanleg is in twee fasen 1909 en 1937-1938 door Copijn gereorganiseerd.

Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding van de onderdelen aangegeven. De omgrenzing van de buitenplaats wordt historisch bepaald door de buitenplaats Middenhoek (noord), door weilanden (west en zuid) en door de Rijksstraatweg (oost).

Waardering

De HISTORISCHE BUITENPLAATS is van algemeen cultuur-, architectuur- en tuinhistorisch belang:

- vanwege het in- en exterieur van het 18de-eeuwse hoofdgebouw dat een representatief voorbeeld is van de Lodewijk XV-stijl;

- vanwege de gaafheid van het 18de-eeuwse ensemble van huis, toegangshek, hek en koepel in Lodewijk XV-stijl;

- vanwege de historische tuin- en parkaanleg in landschapsstijl met formele en neoformele (Copijn) elementen;

- als gaaf bewaard voorbeeld van een buiten aan de Vecht; - vanwege de visuele samenhang tussen de complexonderdelen.