Complexgegevens

Complexnummer
516076

Omschrijving

Omschrijving van het complex

Complex 'N.V. Tricotfabriek G.J. Willink' bestaande uit een

- HOOFDGEBOUW(1890-1915/1934)

- SPOELERIJ (1912-1922)

- FABRIEKSSCHOORSTEEN

- FABRIKANTENVILLA met aangebouwd KOETSHUIS (1864)

Het complex is gesitueerd op een driehoekig terrein aan de noordwestelijke rand van het dorpscentrum van Winterswijk aan de noordoostzijde omsloten door de Groenloseweg, aan de zuidzijde door de Wilhelminastraat en aan de westzijde door de Prins Hendrikstraat.

In 1889 is in opdracht van GERRIT JAN WILLINK (1864-1933) gestart met een stoomweverij in het KOETSHUIS aan de Wilhelminastraat, terwijl hij zelf woonde in de aangrenzende FABRIKANTENVILLA (1864) aan de Groenloseweg. Ten behoeve van de tricotfabriek wordt in 1890 gestart met de bouw van het HOOFDGEBOUW, gesitueerd aan de zuidzijde van het terrein met de voorgevel aan de Wilhelminastraat. Het hoofdgebouw bestaat uit de eerste tricotfabriek uit 1890 naar ontwerp van GERRIT BELTMAN (1843-1915), die vervolgens in de periode 1890-1915 meerdere malen is verbouwd en uitgebreid tevens naar ontwerp van AREND GERRIT BELTMAN (1869-1934). In 1934 wordt aan de westzijde van het hoofdgebouw de laatste uitbreiding voltooid naar ontwerp van de architect HEININK uit Winterswijk.

De SPOELERIJ, aan de noordzijde van het hoofdgebouw, is een betonskeletbouw van het systeem Hennebique, gebouwd in drie fasen naar ontwerp van de architect AREND GERRIT BELTMAN (1869-1934). De eerste fase is gerealiseerd in 1912 en betreft de oostelijke helft. Tegen de westzijde van deze eerste fase is één bouwlaag gerealiseerd, die in 1922 in een derde fase is verhoogd met drie bouwlagen.

De SCHOORSTEEN bevindt zich aan de noordoostzijde van beide onderdelen, vervaardigd omstreeks het midden van de twintigste eeuw door de firma CANOY-HERFKENS uit Venlo. De ronde, rode bakstenen schoorsteen is circa vijfenveertig meter hoog.

De huidige nog bestaande onderdelen waren voorheen verbonden met inmiddels gesloopte onderdelen zoals bijvoorbeeld de watertoren grenzend aan de spoelerij, de éénlaagse hallen met sheddaken ten noordwesten van het hoofdgebouw, meerdere ketelhuizen met schoorstenen, tussenleden en verscheidene historisch-ruimtelijk aan de fabriek gerelateerde woonhuizen.

Waardering van het complex

Complex 'N.V. Tricotfabriek G.J. Willink' gebouwd in opdracht van GERRIT JAN WILLINK (1 864-1933), bestaat uit een HOOFDGEBOUW (1890-1915/1934), een SPOELERIJ (1912-1922) een SCHOORSTEEN en een FABRIKANTENVILLA met aangebouwd KOETSHUIS (1864). Het complex is van algemeen cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig belang:

- als goed en zeldzaam voorbeeld van een textielfabriek met gebruik van innovatieve constructies naar ontwerp van het architectenbureau Beltman uit Enschede, gespecialiseerd in het ontwerpen van textielfabrieken in Nederland en Duitsland;

- als voorbeeld uit de geschiedenis van nijverheid en techniek van de aan het einde van de negentiende eeuw gemechaniseerde textielfabrieken in Nederland;

- als vertegenwoordiging van de belangrijkste tak van industrie in de Achterhoek, die van grote invloed was voor de ruimtelijke, culturele, sociale en economische ontwikkeling van de Achterhoek en Winterswijk in het bijzonder, maar ook voor de ontwikkeling van Twente en het aangrenzende deel van Duitsland;

- als voorbeeld van een fabriekscomplex beeldbepalend gesitueerd aan de toenmalige rand van de dorpskern van Winterswijk, karakteristiek voor de vestiging van de eerste fabriekscomplexen aan het einde van de negentiende eeuw;

- vanwege de ruimtelijke en historisch functionele relatie tussen de onderdelen (hoofdgebouw, spoelerij, schoorsteen, directeurswoning met aangebouwd koetshuis) van het complex. Als historisch gegroeid geheel zijn alle nog bestaande onderdelen karakteristiek voor de ontwikkeling van de fabriek;

- vanwege de zeldzaamheidswaarde als één van de weinige overgebleven oudere textielfabrieken in Nederland.