Complexgegevens

Complexnummer
524731

Omschrijving

Inleiding

Waterleidingcomplex bestaande uit waterpompstation en dienstwoning annex kantoor onder aan de steilrand aan de Zwarteweg te Venlo. Het pompstation staat haaks op de steilrand, de woningen haaks daarop, dus evenwijdig aan de steilrand. Het complex heeft in functionele zin gebruik gemaakt van de steilrand (natuurlijke watervoorziening, zie omschrijving), maar ook in esthetische zin voegt het complex zich in het landschap.

De geschiedenis van de waterleiding in Venlo gaat ver terug. De eerste waterleiding in Venlo dateert uit 1618 en maakte gebruik van elzenhouten buizen. Deze waterleiding heeft ruim 150 jaar gefunctioneerd, tot het einde van de 18e eeuw. In 1885 vragen de heren van Gevel, van Wijk en Keuller de burgermeester een concessie om opnieuw een waterleidingsysteem in Venlo op te zetten. Deze concessie werd verleend, maar vrijwel direct overgedragen aan de Rotterdamse Waterleiding Exploitatiemaatschappij. De aanvankelijke concessiedragers hebben echter we¿l in 1888 het complex ontworpen (het architectonisch ontwerp komt voor rekening van F. Keuller en J. Jonkergauw) e¿n de waterleiding aangelegd (firma van Wijk en Hoogendijk). In 1889 trad het waterleidingcomplex in werking. In 1921 werd overgegaan van stoom op elektrische aandrijving, hetgeen heeft geresulteerd in het afbreken van de schoorsteen in 1930. Rond 1938 traden de eerste problemen op. De winbare hoeveelheid water liep terug en het ijzergehalte nam door overonttrekking steeds verder toe. Ook werd de druk te laag voor een goede levering. Dit heeft uiteindelijk geresulteerd in de ingebruikname van een nieuw pompstation en watertoren elders in Venlo in 1955. Het oude complex werd ontmanteld. Het drinkwaterreservoir is in 1971 om veiligheidsredenen volgestort, maar nog wel aanwezig; hetzelfde geld voor de diverse waterputten op het terrein.

Omschrijving

Het waterleidingcomplex maakte gebruik van het reliëf van de steilrand. Als gevolg van de laatste ijstijd heeft de steilrand een kleilaag op enkele meters diepte, op enkele plaatsen zelfs tot aan het oppervlak. Ten gevolge hiervan stroomt het water dat van de Duitse vennen naar de Maas stroomt, vlak op of onder het oppervlak en is het met andere woorden zeer toegankelijk voor waterwinning, hetgeen geschiedde door het opvangen van het water in een drinkwaterbassin en het slaan van diverse putten.

Het waterpompstation, gebouwd in 19e eeuws traditionele stijl, met duidelijke reminiscenties aan de Neogotiek en de Neorenaissance, diende om het water vanuit het reservoir te distribueren. De pompinstallaties zijn echter niet meer aanwezig. Vanaf 1962 wordt het pompstation verhuurd en momenteel doet het dienst als verenigingsgebouw voor de lokale scoutingvereniging. In de jaren '80 van de 20e eeuw werd een algehele verbouwing uitgevoerd om het pand aan de eisen van de huidige gebruikers te laten voldoen.

De dienstwoning annex kantoor heeft in de praktijk nooit als kantoor dienst gedaan, maar vrijwel direct als dienstwoning voor zowel de machinist als de stoker. De architectuur van de dienstwoningen is verschillend van die van het pompstation, maar sluit er goed bij aan. De dienstwoningen zijn eveneens 19e eeuws traditioneel, maar dan met Chalet-stijlinvloeden. In de jaren '90 van de 20e eeuw zijn de woningen grondig verbouwd; de woonbestemming is echter gebleven.

Waardering

Het waterleidingcomplex is van algemeen belang. Het complex heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van de groei van de zorg voor de levering van schoon drinkwater en tevens als voorbeeld van de technische en typologische ontwikkeling van de gebouwen voor de drinkwatervoorziening. Het heeft architectuurhistorisch belang voor de geschiedenis van de architectuur en de bouwtechniek. Het complex heeft ensemblewaarden vanwege de bijzondere en functionele situering nabij de steilrand. Het complex is van belang vanwege de architectuurhistorische en typologische zeldzaamheid en is gaaf bewaard gebleven.