Complexgegevens

Complexnummer
527134

Omschrijving

Inleiding

In 1922-1927 gerealiseerd complex Mercatorplein, bestaande uit drie (in oorsprong vier) WOONBLOKKEN met 174 ARBEIDERSWONINGEN en 51 WINKELS (bedrijfsruimten). Het complex vormt het symbolische middelpunt van het omvangrijke zogenoemde '6000-woningen plan' van Plan West. Hoofdaannemer was H. van der Schaar, directeur van de Amstels Bouwvereniging. De architectonische supervisie berustte bij de 'commissie van drie', bestaande uit de architecten J. Gratama en G. Versteeg en de directeur van de afdeling gebouwen van de Dienst Publieke Werken, A.R. Hulshoff. De architect H.P. Berlage ontwierp de stedenbouwkundige structuur en gevelwanden aan het Mercatorplein in de trant van het rationalisme met invloeden van het expressionisme. Het rechthoekige Mercatorplein is een zogenaamd 'turbineplein', waarbij de twee hoofdwegen langs elkaar schieten en het verkeer wordt rondgeleid. Het bouwbeeldhouwwerk (1927) is van de beeldhouwers J.W. Havermans, J. Polet, J. Remiëns en Th. Vos.

Het complex bevat de volgende onderdelen:

(A) WOONBLOK met ARBEIDERSWONINGEN en WINKELS (Z-, ZW- en W-zijde van het plein), met inbegrip van de zuidelijke toren; Mercatorplein 1-55, Hoofdweg 303-309, Van Spilbergenstraat 158-166, Jan Evertsenstraat 137 (monumentnummer 527135).

(B) WOONBLOK met ARBEIDERSWONINGEN en WINKELS (NW-zijde van het plein): Hoofdweg 311-319, Jan Evertsenstraat 144 (monumentnummer 527136).

(C) WOONBLOK met ARBEIDERSWONINGEN en WINKELS (O-zijde van het plein); Mercatorplein 2-32, Jan Evertsenstraat 133-135, Cabralstraat 42 (monumentnummer 527137).

NB. De bebouwing van de noordwand van het Mercatorplein, waaronder de noordelijke toren, is gereconstrueerd en wordt niet van rijkswege beschermd (de toren werd in 1961 afgebroken en in 1996-1997 gereconstrueerd). De twee oorspronkelijk bij de pleininrichting behorende kiosken naar ontwerp van Berlage zijn afgebroken.

Omschrijving

De bebouwing aan het Mercatorplein (147x85.5 m) werd stedenbouwkundig en architectonisch als samenhangend geheel ontworpen. Het plein wordt omzoomd door winkels op de begane grond die aan overdekte galerijen of onder uitstekende luifels zijn geplaatst. Boven de winkels liggen de etagewoningen. De blokken hebben drie woonlagen boven winkels; bij de poorten is er één woonlaag en een kapverdieping. Soms is er sprake van een zolderlaag. De zuidelijke toren heeft drie extra verdiepingen en een zolder. De blokken in het midden van de lange pleinwanden zijn iets hoger dan de hoekbebouwing. De gevels zijn teruggeplaatst waardoor het plein optisch wordt verruimd, en voorzien van drie reeksen aaneengeschakelde balkons. Dit in tegenstelling tot de hoekbebouwing, die een strenge erkergeleding heeft en arcades op zware pijlers, die op hun beurt contrasteren met de lange schaduwzijde onder de luifels, die de basis van de terugliggende gevels vrijwel onzichtbaar maakt. De ten opzichte van elkaar gespiegelde korte pleinwanden zijn asymmetrisch vormgegeven. De twee poortgebouwen met de ca. 35 meter hoge toren - in oorsprong beide in de zichtlijn van de Hoofdweg geplaatst - liggen terug, waardoor de noord- en zuidgevel juist naar voren lijken te komen. Bij de optische aansluiting op de Jan Evertsenstraat, is het straatprofiel versmald. Gemetselde gevels in rode, bruine en bruingele baksteen in afwisselend koppen- en strekkenverband of in kruisverband en gebruik van natuursteen en graniet en gewapend beton met grove afwerkingslaag. De rechte gevelbeëindiging bij de platte daken is afgewerkt met zwart geglazuurde afdekpannen. De hijsbalken hebben deels het oorspronkelijke smeedijzeren ornament in de vorm van een dubbele voluut. De portiek-etagewoningen zijn geschakeld rond een gezamenlijk trappenhuis. Bij de binnenwanden werd beton toegepast; bij de buitenmuren werd baksteen toegepast.

Waardering

Rondom een turbineplein gegroepeerd woon/winkelcomplex naar ontwerp van H.P. Berlage uit de jaren-20 van de 20ste eeuw van algemeen belang vanwege de stedenbouwkundige- en cultuur- en architectuurhistorische waarde, alsmede vanwege de typologische- en ensemblewaarde als zeldzaam voorbeeld van een geïntegreerde grootstedelijke aanleg van wonen, werken en verkeer in een voor de bouwtijd kenmerkende zakelijk-expressionistische trant. Tevens van groot belang in het oeuvre van H.P. Berlage, die hiermee zijn ideaal van het 'volksplein voor de moderne stad' benaderde, en wegens ensemblewaarde als essentieel onderdeel en symbolisch middelpunt van Plan West van Amsterdam.