Complexgegevens

Complexnummer
519720

Omschrijving

HISTORISCHE BUITENPLAATS SPARRENDAAL

Omschrijving van het complex:

In structuur en deels in detail gaaf bewaarde buitenplaats met HOOFDGEBOUW (1), HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG (2), BOUWHUIZEN (3), TOEGANGSHEK (4), BRUG (5), SLINGERMUUR (6). Ten noordwesten van Driebergen, aan de Hoofdstraat richting Rijsenburg, ligt de historische buitenplaats Sparrendaal. De geschiedenis van Sparrendaal gaat terug tot 1644, wanneer Jacob van Berck, griffier bij het hof te Utrecht, ter plaatse een stuk grond met hofstede koopt dat zich uitstrekt van de heidevelden op de heuvelrug tot de Langbroekerwetering. De hofstede lag ten zuiden van het huidige hoofdgebouw en had reeds een bescheiden tuinaanleg. Na uitbreiding van het terrein in zuidoostelijke richting wordt er nog voor het einde van de 17de eeuw een nieuw huis gebouwd, Laanwijck genaamd, dat in tegenstelling tot de voormalige hofstede de nok evenwijdig aan de Hoofdstraat lijkt te hebben gehad. Een uitgestrekt park met waterpartijen en een zestien lanen tellend sterrenbos ten noorden van de Arnhemse Bovenweg behoorde tot de aanleg. In 1754 was het landgoed in handen van een achterkleinzoon van griffier Van Berck, eveneens een Jacob van Berck en destijds burgemeester van Utrecht. Deze gaf opdracht tot de afbraak van Laanwijck en de bouw van het huidige huis Sparrendaal (Sper en Daal), waarmee in 1754 een begin werd gemaakt. Het nieuwe pand verrees ten noorden van het voormalige Laanwijck op een, haaks op de Hoofdstraat staande, schapendrift. Zo werd op eenvoudige wijze een formele zichtlaan gecreëerd aan de voor- en achterzijde. De zichtlaan is aan de achterzijde (Gezichtslaan) nog aanwezig. Hoofdgebouw en bouwhuizen zijn op formele wijze gegroepeerd om een rond voorplein en werden opgetrokken in een vroege, vrij formele Lodewijk XV stijl. Kort na 1800 vonden enkele beeldbepalende wijzigingen plaats. De oorspronkelijk met schilddaken gedekte huizen werden voorzien van hoge mansardekappen en de oorspronkelijk smalle bouwhuizen werden in breedte verdubbeld. Na aankoop door de gemeente Driebergen in 1954 werd de buitenplaats ingrijpend gerestaureerd en verbouwd, waarbij veel oorspronkelijke elementen, zoals ramen, deuren, kozijnen, lambriseringen en balustrade, volledig zijn vernieuwd. Het inwendige van de beide bouwhuizen werd geschikt gemaakt voor kantoordoeleinden, waarbij de oorspronkelijke indeling en afwerking verloren zijn gegaan. Het interieur van het hoofdgebouw bevat nog veel elementen uit de bouwtijd, waaronder bijzondere geschilderde behangsels, schoorsteenmantels, (deels originele) betimmeringen en (deels origineel) stucwerk. De oorspronkelijk bijzonder uitgestrekte, formele tuinaanleg met uitgebreid lanen- en waterlopenstelsel, voor een groot deel daterend uit de tijd van huis Laanwijck, is ten dele bewaard gebleven. De oorspronkelijke overtuin van Sparrendaal, thans gemeentepark 'de Wildbaan', is sinds het midden van de 19de eeuw in andere handen. De toenmalige eigenaar liet het park in landschappelijke stijl inrichten, wat tot gevolg had dat de zichtlaan aan de voorzijde van Sparrendaal verdween. Van een visuele samenhang tussen parkaanleg en overtuin is sindsdien geen sprake meer.

Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding van de onderdelen aangegeven. Van de Hoofdstraat in het zuidwesten tot de Arnhemse Bovenweg in het noordoosten wordt het terrein achtereenvolgens begrensd door een houtwal van beuken, de meest zuidelijke bebouwing op het voormalige seminarieterrein en de zichtlaan welke aan de overzijde van de Arnhemse Bovenweg overgaat in de Gezichtslaan. De zichtlaan zelf is van het huis tot aan de Arnhemse Bovenweg voor bescherming van belang. Van het gebied ten zuidoosten van deze laan is de meest noordoostelijk gelegen weide, in het zuidwesten begrensd door een sloot, van ondergeschikt belang. Eerder genoemde sloot vormt de noordoostelijke grens van de weidegrond die wel voor bescherming van belang is. De oostelijke grens van het buitenplaatsterrein wordt gevormd door de buitenmuur van het voormalig Seminarieterrein, welke in een rechte lijn wordt doorgetrokken richting Hoofdstraat (zuidwesten). Het parkeerterrein dat ten zuidoosten van de slingermuur ligt valt buiten de omgrenzing. De zuidwestgrens van het terrein wordt gevormd door de Hoofdstraat.

Waardering:

De HISTORISCHE BUITENPLAATS SPARRENDAAL is van algemeen cultuur-, architectuur-, en tuinhistorisch belang: - Vanwege de ouderdom; - Vanwege de visuele samenhang van de complexonderdelen; - Vanwege de historische tuin- en parkaanleg met formele lanenstructuur; - Vanwege de bewaard gebleven historische elementen in het interieur van het hoofdgebouw; - Als beeldbepalend element binnen de buitenplaatsenaanleg langs de oude weg Utrecht-Arnhem in het algemeen en binnen de bebouwing van Driebergen in het bijzonder.