Complexgegevens

Complexnummer
512243

Omschrijving

Inleiding

Complex De Eelerberg, met LANDHUIS, TUINMANSHUIS, KOETSHUIS en RENTMEESTERSHUIS. De gebouwen op het terrein werden grofweg in twee fasen voltooid. In 1865 werd het landhuis aan de toenmalige Twentsche Weg gebouwd als buitenhuis voor Veningh Meinesz, die eigenaar was van het ontginningsproject op en rond de Eelerberg. Iets later, ca. 1900, werd het tuinmanshuis toegevoegd. De tweede fase volgde in de jaren twintig. Toen werd de rentmeesterswoning gebouwd en in 1921 werd het huis door J.H.W. Leliman verbouwd en het koetshuis aan het tuinmanshuis toegevoegd. De gebouwen zijn niet in een specifieke bouwstijl ontworpen, maar de verhoudingen, vormen en details geven blijk van de hand van een architect die een voorliefde had voor eenvoudige elegante gebouwen. Bij het rentmeestershuis is sprake van invloed van de Chalet-stijl. Bij het landhuis is midden voor de rechter zijgevel een aanbouw toegevoegd, die van ondergeschikt belang vanuit het oogpunt van monumentenzorg is. De inrijdeur in de achtergevel van het rentmeestershuis is vervangen door een borstwering met vensters. Het landhuis ligt in het bos op de Eelerberg op een kruising van vier brede bospaden, waarbij de oostelijke als as functioneert en schuin aansluit op de Eelerbergweg. Aan de noordkant van het huis staat het tuinmanshuis met koetshuis. Het tuinmanshuis en het koetshuis zijn in de jaren '90 van de twintigste eeuw met elkaar verbonden middels een tussenlid. Vrijwel aan het uiteinde van de as, aan de overkant van de Eelerbergweg, staat het rentmeestershuis.

Waardering

Het complex bestaande uit het landhuis, het tuinmanshuis met koetshuis en het rentmeestershuis is van algemeen cultuur-, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig belang, vanwege:

- de sociale en economische betekenis van de ontginningen geïnitieerd door Veningh Meinesz, voor de omgeving van de Eelerberg;

- de aandacht voor verhoudingen, vormen en details;

- de ensemblewaarde;

- de beeldbepalende ligging van de gebouwen in het bos;

- de redelijke mate van gaafheid van de gebouwen.