Complexgegevens

Complexnummer
511537

Omschrijving

Inleiding

De historische buitenplaats Beukenhorst bestaat uit een in het zuiden van de buitenplaats gelegen landhuis met omringende parkbossen, gazon met zichtlijnen en vijvers enz. Nabij het huis, maar ook verder in het park bevinden zich verschillende bijgebouwen. Craandijk noemde Beukenhorst in 1883 al 'smaakvol aangelegd, met hoog en statig hout, diepe lanen, ruime grasvelden, boom- en heestergroepen.' De buitenplaats vormt het centrum van een uitgestrekter (maar niet ingevolge de Monumentenwet 1988 beschermd) landgoed. Blijkens oude kaarten (top. kaart 1838-1857 en J. Kuyper, Gemeente atlas Noordbrabant, 1865) hield Beukenhorst tot ver in de negentiende eeuw een betrekkelijk agrarisch karakter. De directe omgeving van het huis bestond uit veel open land met min of meer rechthoekige bospercelen. Ten westen en oosten van het huis lagen waarschijnlijk vijvers (op de kaarten slecht zichtbaar). De top. kaart van 1896 laat wel duidelijk vijvers in landschappelijke trant zien ten westen en ten oosten van het huis. Ook op de kaarten uit 1838-1857 en 1865 is een bosperceel afgebeeld dat nu bekend staat als het Engelse bos, de oudste manifestatie van de landschappelijke tuinstijl op Beukenhorst en waarschijnlijk stammend uit de eerste decennia van de negentiende eeuw. In de negentiende eeuw was tuinarchitect Zocher naar verluidt bij de parkaanleg betrokken. (Hiervan zijn geen bronnen gevonden.) Later is tuinarchitect L.A. Springer op Beukenhorst werkzaam geweest. Uit de jaren 1919-1921 stammen brieven aangaande leveringen van vele planten en bomen aan de heer F.H. Fentener van Vlissingen, destijds de eigenaar. Volgens een artikel in Buiten was het zijn zomerverblijf. In een brief van Springer aan een kweker gedateerd [?] november 1919 stelt Springer: 'Hoe staat het met de plantsoenen voor de Hr. van Vlissingen op Beukenhorst? Ik hoor niets van U.' (LUW. Spec. Coll., copieboek 5). Waarschijnlijk heeft Springer ook bemoeienis gehad met de plaats waar de gewassen moesten komen. In het bijzonder het gazon en weiland ten noorden van het huis is verfraaid door middel van solitaire bomen en boomgroepen, waarbij veel gebruik is gemaakt bomen met contrasterende vormen en kleuren. Op de top. kaart van 1920 (uitgave 1924) is dit gebied nog onbeplant. Waarschijnlijk is dus kort na 1920 begonnen met het verfraaien, hetgeen strookt met de leveranties waarbij Springer als tussenpersoon optrad. De buitenplaats kent ook van oorsprong functionele onderdelen zoals rabatten en weilanden. De beschermde gebouwen en objecten zijn: 1) landhuis; 2)parkaanleg; 3) hek met hekpijlers; 4) portiers/tuinmanswoning; 5)jachtopzienerswoning; 6) boerderij; 7) schuur; 8) tuinbeeld; 9) sluis.

Waardering

De historische buitenplaats Beukenhorst, waarvan het parkgedeelte en de gebouwen zijn ontstaan sinds de negentiende eeuw, maar waarvan oudere ontginningen deel uitmaken, is van algemeen belang vanwege: - de buitenplaats aangelegd in landschappelijke stijl met vijvers, afwisseling van open en gesloten landschappen, zichtassen, functionele en esthetische onderdelen, diverse gebouwen enz. - de werkzaamheden van verschillende (tuin-)architecten zoals L.A. Springer, Suijling en .. Knuttel - de schoonheid en gaafheid van het geheel en van de verschillende onderdelen - de zeldzaamheid van zulke grote en gaaf bewaarde buitenplaatsen in den lande.