Complexgegevens

Complexnummer
512200

Omschrijving

HISTORISCHE BUITENPLAATS DEN TREEK

Omschrijving van het complex

In structuur en deels in detail gaaf bewaarde buitenplaats met HOOFDGEBOUW (1), HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG (2), DUIVENTOREN (3), BOERDERIJ 'WELLOM' MET SCHUUR (4), KOETSHUIS (5), TUINMANSWONING MET SCHUUR (6), BOERDERIJ 'DE OSSENSTAL' MET SCHUUR (7), BOERDERIJ (8), JACHTOPZIENERSWONING (9), JACHTHUIS (10), DIENSTWONING (11), TUINMUUR (12), HOPSCHUUR (13). Ten zuiden van Leusden en ten westen van Woudenberg ligt de historische buitenplaats Den Treek, die in 1334 als boerenhofstede voor het eerst werd vermeld. Onder het beheer van Everhard van Weede tussen 1712 en 1734 werd de hoeve tot een buitenplaats getransformeerd. Bij de verkoop in 1734 staat het goed omschreven als 'een Heerenhuisinge, Stalling en koetshuis met zijn Tuyn, Allees, Plantagien en groote Vyverkom en Waterfallen'. Een kaart uit ca.1750 toont deze formele aanleg bestaande uit een rechthoekige noord-zuid georiënteerde lanenstructuur met bospercelen en haaks daarop een huisplaats. Achter het huis ligt een op een middenas georiënteerde geometrische aanleg met een omgrachte moestuin, boomgaard en bosketten met een kom in het midden. Het 18de-eeuwse lanenstelsel is thans nog aanwezig. Na verschillende eigenaarswisselingen kwam Den Treek in 1807 in het bezit van mr. Willem Hendrik de Beaufort, die door grondaankopen een groot gebied verwierf. Over de tuin werd vermeld (1807) 'Boomgaarden, Tuin, Bosschen, cingels, laanen en land met de opgaande Eike-, Beuke-, Esse-, Sparre-, Beukeboomen daarop staande'. De Beaufort liet het huis in Empirestijl verbouwen en de formele aanleg achter het huis in landschapsstijl met grote vijverpartijen vergraven, zoals de kadastrale kaart uit 1832 goed laat zien. Ook het bos aan de overzijde van de Treekerweg werd met slingerpaden en een rondeel ingericht. De aanleg in landschapsstijl is, hoewel verwaarloosd, gaaf bewaard gebleven en wordt toegeschreven aan de tuinarchitecten J.D. Zocher jr. en S.A. van Lunteren. Tussen 1880 en 1900 vonden verschillende bouwactiviteiten plaats waaronder de bouw van een duiventoren (ca.1880), een Italiaanse boerderij (1887) en een nieuw koetshuis (1890-92). In 1910 werden verschillende delen van het park door L.A. Springer gereorganiseerd.

Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding van de onderdelen aangegeven. De omgrenzing wordt aan de zuidzijde bepaald door twee achttiende-eeuwse lanen, de Treekerweg en de Akkerse Steeg. Aan de westzijde buigt de grens zich om de weilanden heen vervolgens in noordwaartse richting langs de oude nutstuinen naar de Treekerweg en vervolgens met een uitstulping om de Houtlaan (zichtlaan) en ronddom het bos aan de westzijde van de Treekerweg.

Waardering De HISTORISCHE BUITENPLAATS is van algemeen cultuur-, architectuur- en tuinhistorisch belang: - vanwege de ontwikkeling van een hofstede met vroeg 18de-eeuwse formele elementen tot een buitenplaats; - vanwege het vroeg-19de-eeuwse park in landschapsstijl; - vanwege de combinatie van een landschapspark en het geïdealiseerde platteland (duiventoren); - vanwege de karakteristieke bijgebouwen die tezamen met het hoofdgebouw een gaaf ensemble vormen; - vanwege de functioneel-ruimtelijke samenhang van de verschillende onderdelen van de buitenplaats.